Het zalig falen, met Martine van Zijll Langhout

Oog in oog staan met een neushoorn, leeuw of een olifant en vrijwel niemand om je heen: je moet het maar durven. Martine van Zijll Langhout (47) durft het niet alleen, ze droomt ervan. Ze is naar eigen zeggen het type meisje dat al op de kleuterschool riep: 'Ik word later dierenarts'. Een plan waar ze nooit meer vanaf is geweken en wat haar uiteindelijk naar de Afrikaanse wildernis bracht. De weg daarnaar toe ging niet zonder horten of stoten, beschrijft ze in haar boek Over leven in het wild, maar het leverde ook veel moois op. Zoals een aantal bijzondere vriendschappen - ook met zichzelf.
Waarom dieren?
"Mijn liefde voor dieren is ontstaan op de boerderij van mijn oom en tante. Ik vond het altijd heerlijk daar en ik weet één moment nog heel goed: er was een koe die moest bevallen en een keizersnede kreeg. Dat was een bloederige bedoeling natuurlijk en toen ik de arm van de dierenarts volledig zag verdwijnen in de koe, wist ik: dit is mijn roeping. Dit wil ik ook doen."
“ 'Ik ben eigenlijk helemaal niet zo'n dapper mens'
"Die stip op de horizon bleef altijd zichtbaar en ik heb daarom elke kans aangegrepen. Toen ik 19 was, besloot ik drie maanden vrijwilligerswerk te doen bij een opvangcentrum voor zeezoogdieren in San Francisco. Die ervaring was echt een eyeopener, omdat ik toen pas besefte hoeveel actie er nodig is, van ons als mensen, om wilde dieren te redden. Vanaf dat moment wilde ik wildlife dierenarts worden."
Mooie droom, maar wist je ook al meteen welke concrete stappen je moest ondernemen om er daadwerkelijk te komen?
"Eerst moest ik natuurlijk de studie diergeneeskunde afmaken en daarnaast probeerde ik heel alert te zijn op mogelijkheden om iets met wilde dieren te doen. Iedereen die ik sprak, vertelde ik over mijn droom en op die manier kreeg ik steeds meer adressen om weer stage te lopen. Elke keer als ik naar een vreemd land ging, was ik enorm nerveus en sliep ik nauwelijks van tevoren. Maar vreemd genoeg ging ik toch."
LEES OOK
"Achteraf best grappig, want ik ben eigenlijk helemaal niet zo'n dapper mens. Het gezin waarin ik ben opgegroeid was best behoudend. Op vakantie gingen we altijd naar het strand, nooit naar de bergen bijvoorbeeld. Geen avonturiers, dus ik heb ook nooit meegekregen om dingen te doen die spannend zijn. Maar door die trip naar San Francisco leerde ik dat het leven eigenlijk pas interessant wordt wanneer het een beetje eng is. Voel de angst en doe het toch, die mentaliteit. In mijn geval gaf mijn motivatie om wildlife dierenarts te worden me vaak net dat ene zetje in de rug.
Vooraf vond ik het doodeng, maar zodra je het tóch doet, kom je erachter dat angst erbij hoort in het leven. En vaak staat het niet in verhouding tot de hoeveelheid positieve dingen die je ervoor terugkrijgt. Hoe vaker je het oncomfortabele opzoekt, des te makkelijker het wordt. Ik ben er altijd van gegroeid als mens."
Heb je ooit spijt gehad van iets wat moeilijk was? Dat het de angst toch niet waard was?
"Toen ik 24 was, ging ik twee maanden werken bij een olifantenopvang in Thailand. In die tijd was er nog geen internet, dus ik kon niet zomaar online op zoek naar een stageplek. Ik besloot daarom een brief te sturen naar de Nederlandse ambassade in Thailand. Zij brachten me in contact met het opvangcentrum."
“ 'De dagen gingen zo langzaam dat ik echt gek werd'
"Dat was niet zo handig, want ze durfden geen nee te zeggen. Maar het opvangcentrum was eigenlijk nog niet klaar om een Westerse student te begeleiden. Toen zat ik daar: in het regenwoud, met vijf olifanten en een aantal verzorgers die geen woord Engels spraken. Samen met hen leefde ik weliswaar als een traditionele Thai, maar ze waren te verlegen om me aan te kijken. Je begrijpt: de eenzaamheid was een grote uitdaging. De dagen gingen zo langzaam dat ik echt gek werd. Er was nauwelijks iets te doen, ik had geen boeken bij me en er was geen tv of radio. Alleen maar leegte. Op dat moment had ik grote spijt dat ik was gegaan. Ik vond het behoorlijk naïef van mezelf dat ik was gegaan, zonder te vragen naar de omstandigheden.
Ik besloot een weekend naar Chiang Mai te gaan, de stad in de buurt. Daar zat ik in een backpackershostel met andere toeristen. Dat klinkt misschien een stuk gezelliger, maar ik vond het eigenlijk een beetje suf. Ik dacht: iedereen doet dit, nu ben ik zelf ook een toerist. Veel minder interessant, vond ik, én ik miste de olifanten. Dus ik ging weer terug, maar wel met een hele andere mindset. Nu was het een bewuste keuze om naar het opvangcentrum te gaan, naar die bijzondere plek en de dieren."
Werd het er daardoor ook leuker op?
"Absoluut, echt een wereld van verschil met hoe ik er eerst zat. Het werd een unieke ervaring: wie kan er nou zeggen dat-ie in een regenwoud heeft gewoond, samen met olifanten en Thaise dierverzorgers? Ik kon er veel meer van genieten. Andere mensen betalen een fortuin voor een stilteretraite en ik was er gewoon."
"Door alleen te zijn in de natuur, heb ik misschien ook wel beter leren kijken naar wilde dieren. Je kan zo ontzettend veel leren van wilde dieren en volgens mij lukt dat pas op het moment dat je beseft dat je zelf ook een dier bent. We zijn gelijkwaardig, alleen zitten jij en ik toevallig in het lichaam van een mens. Door dat inzicht kan ik veel makkelijker verbinding maken met een dier. Als ik een hond of een aap een prik moet geven, vraag ik eerst of het mag. Dat is puur beleefdheid, als je 't mij vraagt."
Heb je ooit aan jezelf getwijfeld?
"Vanaf het moment dat ik besloot om álles te proberen om wildlife dierenarts te worden, duurde het nog jaren voordat het uiteindelijk lukte. Het is een besloten wereld met maar weinig banen en als ik solliciteerde, werd ik vaak afgewezen. Ik heb heel vaak getwijfeld of ik wel door moest gaan en of ik niet beter mijn droom aan de wilgen kon hangen.
Natuurlijk moet je ook ervaring opdoen met een katten, honden en koeien, voordat je ooit een leeuw of buffel kan opereren. Dus ik parkeerde mijn toekomstdroom en ging aan het werk in Amsterdam, waar ik het heel erg naar mijn zin had. Ik was lekker gesetteld en toen ging ik samen met mijn vriend op vakantie naar Namibië…"
En toen begon het weer te kriebelen?
"Dat is een understatement, haha. Op het moment dat ik één zebra zag, begon ik direct te huilen. Tranen van geluk biggelden over mijn wangen en ik dacht: deze reactie is wel raar. Ik realiseerde me dat ik mijn droom had weggestopt uit een soort faalangst: als ik het gewoon niet meer probeerde kon het ook niet meer 'mislukken'. Ter plekke besloot ik om er weer helemaal voor te gaan en onderweg naar Nederland ben ik meteen plannen gaan smeden. Ik besloot twee maanden onbetaald verlof te nemen van m'n werk, zodat ik vrijwel meteen terug naar Afrika kon om stage te lopen.
Daarna volgden nog vele omwegen en uitdagingen, maar dat moment in Namibië en de beslissing die ik toen maakte, hielpen me elke keer om door te zetten."
“ 'Door vaker alleen te zijn, leer je beter naar je hart te luisteren'
"Toen ik eenmaal als aan de slag ging in de wildernis, duurde het nog best even voordat ik goed met verdovingspijlen kon schieten. En dat is toch wel een wezenlijk onderdeel van je werk als wildlife dierenarts. Maar met wind, regen, bomen, soms vanuit een schuddende helikopter én hele schuwe, gevaarlijke dieren is dat een hele opgave. Als ik miste, duurde het soms dagen voordat ik opnieuw een kans kreeg. Dat was behoorlijk frustrerend en in het eerste jaar heb ik regelmatig getwijfeld of ik het ooit zou leren. Tot ik een jaar later aan mijn assistent vroeg of de dieren misschien tammer waren geworden, omdat ik ze opeens meestal direct goed raakte. 'Ik denk dat u beter bent gaan schieten', antwoordde hij. Dat had ik zelf helemaal niet opgemerkt, maar puur door het veel te doen en door te zetten, had ik onbewust heel veel geleerd en mijn techniek geperfectioneerd. Net als een wild dier."
En, wat kunnen wij leren van wilde dieren?
"Zoveel meer dan je denkt. Wij gaan er bijvoorbeeld altijd vanuit dat een tijger automatisch kan jagen, gewoon omdat hij als tijger is geboren. Dat is niet zo, een tijger kan zo goed jagen omdat hij eindeloos heeft geoefend en van elke fout veel geleerd heeft. Ook in de natuur wordt er veel gefaald, maar om te overleven is het essentieel om snel te schakelen, te leren van de fout en weer door te gaan. Als het jagen niet goed gaat, heeft een dier in de wildernis soms nog dagenlang honger. Dat geeft motivatie om het de volgende keer beter te doen. Voor mensen geldt hetzelfde, maar in Nederland merk je daar weinig meer van. We zitten hier behoorlijk in onze comfortzone, maar in de wildernis is dat totaal anders. Voor elk wild dier is het van levensbelang om talenten en vaardigheden te ontwikkelen. Dat merkte ik als mens ook tijdens mijn werk in het regenwoud in Gabon. Daar moest ik bijna dagelijks rennen voor olifanten en was ik maar wat blij dat ik kon ruiken, horen en zien. Een gezond en fit lichaam is het belangrijkste om in het wild te overleven."
Falen we als mensen dan niet, wat betreft onze ontwikkeling?
"Dat is misschien een beetje te kort door de bocht, maar doordat we het zo goed hebben, moeten we onze ontwikkeling misschien bewuster opzoeken en aanjagen. Daarom is het zo belangrijk om dingen te ondernemen in je eentje. Niet altijd met een vriend of een partner. Zo leer je ook te verbinden met mensen van andere culturen, want écht alleen ben je eigenlijk nooit. Zelfs in een regenwoud zijn er mensen die je zullen helpen en van wie je kunt leren."
LEES OOK
"Door iets te doen wat spannend of zelfs doodeng voelt, leer je op jezelf te bouwen. Je kan in de stress raken, huilen, fouten maken, maar je moet ze ook zelf oplossen. Jezelf troosten en weer rustig worden. De volgende keer dat iets anders loopt of misgaat, weet je: ik heb dit al eerder gedaan en toen is het ook gelukt. Je wordt als het ware je eigen vriendin.
Ik had mijn werk als wildlife dierenarts nooit kunnen doen als ik niet die relatie met mezelf had ontwikkeld door in mijn eentje op pad te gaan en al die stages te doen. Het is een heel fijn idee dat je niet altijd een vriendin of een partner in de buurt nodig hebt, omdat je ook jezelf kan adviseren. Als ik in het veld sta met een zieke leeuw of neushoorn, kan ik ook best weleens twijfelen over de juiste aanpak. Maar ik moet het toch oplossen op dat moment, anders lijdt het dier eronder."
"Door vaker alleen te zijn, leer je misschien wel beter naar je hart te luisteren. Dat heb je soms nodig. Niet alleen in de praktijk, maar ook voor je zelfvertrouwen. Ik zie het als jezelf op de thee uitnodigen, haha."
Dit klinkt zó in balans, dat het bijna lijkt alsof falen in jouw leven niet bestaat.
"Nou, ik heb ook genoeg zware momenten gehad hoor. Als dierenarts kan je iedere dag falen, want elk dier dat je niet kan redden voelt als falen. Daar ben je voor opgeleid – of het nou een olifant is, een kikker of een hamster. Als dat niet lukt en een dier toch overlijdt, probeer ik aan mijn vader te denken. Die heeft me altijd op het hart gedrukt: 'Je kan niet meer doen dan je uiterste best'. Dat motto helpt me."
Maar ook al doe je je best, soms kan er iets fout gaan toch? Dat overkomt zelfs de besten, hou ik mezelf altijd voor.
"Ja, het blijft ook confronterend. Dus naderhand denk ik altijd nog over van alles na. Toen ik net dierenarts was, heb ik een tijdje ook alle patiënten teruggebeld als ik ergens niet zeker van was. Ik ben zelfs weleens drie keer teruggereden naar een koe met uierontsteking. Dan bedacht ik me thuis pas, dat ik toch nog iets had kunnen toedienen. De eigenaar van die koe keek ook wel verbaasd op toen ik wéér terugkwam. Volgens mij kun je dan maar beter gewoon eerlijk toegeven dat je iets was vergeten. Liever een beetje gezichtsverlies, dan dat het dier lijdt omdat ik mijn fout niet durf toe te geven."
"Verder zijn er ook wel andere stomme acties te verzinnen hoor. Zo ben ik weleens in mijn eentje lopend op een buffel afgelopen, omdat ik hem moest verdoven. Terwijl ik hem in mijn vizier had om de pijl te richten, zag ik hoe hij op me af rende. Gelukkig neemt de adrenaline het op zo'n moment over en kon ik meteen wegrennen om mezelf in veiligheid te brengen, want er was geen tijd voor angst. Dat laat maar weer zien dat angst een irreële emotie is wanneer het écht gevaarlijk wordt. Maar achteraf had het heel anders kunnen aflopen."
En wat is de les volgens jou?
"Ja, met doorzetten en blijven oefenen kom je heel ver. Een jonge leeuw kan nog geen vogel vangen, een concertpianist kan ook niet meteen Bach spelen. Stop de uren erin en blijf niet hangen bij tegenslag. Dat kunnen we ook van dieren leren: dingen accepteren zoals ze zijn en er niet in blijven hangen. Er iets van leren en daarna gewoon weer doorgaan."
Inmiddels werkt Martine van Zijll Langhout als dierenarts voor ARTIS en Stichting Aap. Ze schreef het boek 'Over leven in het wild', dat in september is uitgekomen, over haar ervaringen als wildlife dierenarts.