Close

Het zalig falen, met Céline Rensen

22 juni 2021 04:06 / Persoonlijke groei
Céline Rensen
Céline Rensen
Z Zonder wrijving geen glans. Redacteur Lizzy van Hees spreekt daarom iedere week iemand over zijn of haar royal fuck-ups en uitzinnige uitglijers, de dingen die niet goed zijn gegaan. Leveren die missers ook wat op?

Tien jaar geleden besloot Céline Rensen (39) haar baan als inkoper bij de Bijenkorf op te geven voor een opleiding tot docent. Een keuze die nog weleens voelt als falen. "Als ik aan mensen vertelde dat ik bij de Bijenkorf werkte, reageerden ze met: wauw, wat vet. Maar vertel ik dat ik docent ben, klinkt het eerder: o, wat goed. Wat nobel", vertelt ze. "Maar je hoort een soort ondertoon die zegt: jij liever dan ik." En hoewel we nu tien jaar verder zijn en Céline, zeker door de coronamaatregelen, nog beter begrijpt hoe belangrijk haar werk is, is ze op carrièregebied nog steeds niet uitgezocht. "Mensen noemen mij vaak onrustig daarin." Die onrust zorgt voor een interessant en vol leven, waarin vallen én optimistisch opstaan heel goed hand in hand blijken te gaan.

In de Volkskrant vertelde jij onlangs over een fout die je maakte in de klas, wat ging er mis?

"Ik maakte een inschattingsfout met mijn eindexamenklas door niet genoeg stil te staan bij wat mijn leerlingen nodig hadden – in een eindexamenjaar dat er zo anders uitzag dan normaal. Het was de eerste dag na de herfstvakantie en ik had onderschat welke impact het afgelopen jaar op de leerlingen had gehad. Ik wilde op volle kracht vooruit om de klas klaar te stomen voor hun eindexamen bedrijfseconomie. Toen ik Louise een vraag stelde, gaf ze geen antwoord, maar zuchtte ze of rolde met haar ogen. Die houding had ik echt niet verwacht en daarom reageerde ik heftiger dan normaal. Er ontplofte iets en zij kreeg de volle laag."

Ook wel begrijpelijk toch, dat je geduld opraakt en de frustratie overneemt?

"Ja, maar ik heb altijd van mijn vader, die ook docent was, geleerd dat je nooit écht boos moet worden op een leerling. Als je je echt laat raken door een leerling of situatie in de klas, raakt de boel uit balans. Ik ben daar om de rol van leraar te vervullen en zij die van leerling. Daar hoort testen bij, om te kijken hoe ver ze kunnen gaan. Maar nu besefte ik 's avonds dat ik een inschattingsfout had gemaakt en dat mijn leerlingen iets anders van mij nodig hadden dan alleen een stoomcursus economie."

Wat heb je gedaan om het op te lossen?

"Ik wist meteen dat we het erover moesten hebben in de les. De eerste keer was Louise er niet, maar heb ik het wel met de rest besproken. Als docent moet ik ook kwetsbaar durven zijn. Toegeven dat ik emotioneel heb gehandeld en dat de situatie er ook bij mij heeft ingehakt. En eerlijk zeggen dat Louise het niet had verdiend om zo afgebrand te worden. Gelukkig was zij er de les erna wel weer bij, we keken elkaar aan en voelden wel een bepaalde verstandhouding. 'Fijn dat je er bent', heb ik tegen haar gezegd en op een later moment hebben we het uitgesproken."

Als docent vind je dat er meer aandacht moet komen voor de effecten van de afgelopen anderhalf jaar op jongeren. Ben je, net als je vader, een leraar in hart en nieren?

"Toen ik op de Hotelschool in Maastricht zat, droomde ik er niet van om later voor de klas te staan. Ik wilde naar Parijs en iets met mode doen, weet ik nog. Maar toen ik op m'n 21e al klaar was met de opleiding, voelde Parijs te vroeg en te definitief, dus koos ik toch voor een marketing-master in Amsterdam. Mega-interessant, vond ik. En met die master op zak solliciteerde ik naar een functie als inkoper bij de Bijenkorf. Toch iets met mode, dat leek me wel wat."

'Als je iets wilt, moet je er actief achteraan durven gaan, durven vragen'

"Ik weet nog dat ik in eerste instantie werd afgewezen op basis van mijn brief. Toen heb ik ze opgebeld: waarom ben ik eigenlijk afgewezen? Volgens mij ben ik namelijk wel geschikt. 'Als je het lef hebt om op te bellen en dit te vragen, mag je morgen op gesprek komen', zeiden ze. Ik kreeg de baan en leerde ook meteen: als je iets wilt, moet je er actief achteraan durven gaan, durven vragen."

Maar het was niet je droombaan?

"In eerste instantie voelde dat wel zo, de Bijenkorf is een soort familie. Iedereen werkt heel hard, maar aan het einde van de dag maak je ook heel veel lol samen. Ook het werk zelf vond ik heel leuk, dat spel tussen leverancier en inkoper is heel interessant en leerzaam. Ik wilde de beste prijs voor mijn werkgever, en om de leverancier zover te krijgen kon ik dan bijvoorbeeld extra meters aanbieden in de winkel. Die onderhandelingen deed ik altijd met veel respect voor de leveranciers, want je wil ook dat die band goed blijft. Je kijkt daarin echt naar de lange termijn."

"Maar tien jaar geleden kwam er best veel druk op de retail te staan. Alles moest sneller en goedkoper, waardoor het bijna onmogelijk werd om echte relaties te onderhouden met leveranciers. Dat zorgde voor heel veel druk op inkopers, zoals ik. En op een gegeven moment begon het aan me te knagen, ik wilde niet koste wat het kost voor de beste deal gaan. Wetende dat er daardoor misschien wel ondernemers en leveranciers financieel in de knel kwamen, dus ik kreeg steeds meer het gevoel dat ik als ik een betere inkoper wilde worden, ik een slechter mens zou worden. Ook de sfeer veranderde steeds meer binnen ons bedrijf, door een overname en reorganisatie dreigden mensen hun baan te verliezen.

Ik weet nog dat ik op een dag van de metro naar kantoor liep en aan alles voelde: ik moet stoppen. Ik heb toen mijn ouders gebeld en gevraagd wat ervoor nodig was om docent te worden. Een uur later wist ik dat de opleiding tot eerstegraads docent een jaar duurde en die dag ben ik nog naar de baas gelopen om te zeggen dat ze mij een vertrekregeling mochten aanbieden."

Waarom voor de klas? Dat klinkt alsof de keuze niet veel meer dan een beetje nattevingerwerk was?

"Nou, ik had er al wel vaker over na had gedacht volgens mij. M'n vader was ook docent bedrijfseconomie, dus zo wereldvreemd voelde het niet. En de balans tussen werk en privé was ook zo goed bij hem, hij had het nooit druk, was er altijd voor ons."

'Met alles wat ik aan opleiding had genoten, dacht ik: ik ga een grote carrière maken'

"Natuurlijk was het een impulsief besluit, maar het was ook een kwestie van timing. Ik was 29 jaar, had een leuke vriend met wie ik het steeds vaker over kinderen had. En dat ging in mijn ogen niet samen met een fulltime baan als inkoper. Er waren misschien gewoon te veel redenen om weg te gaan."

Een rustig en gebalanceerd leven, voelde het alsof er een last van je afviel?

"Aan de ene kant was het een opluchting, maar toch heb ik heel lang moeten wennen aan die stap. Het was alsof ik van hoog naar laag afzakte. Met alles wat ik aan opleiding had genoten, dacht ik heel lang: ik ga een grote carrière maken, misschien word ik nog weleens zakenvrouw van het jaar. Maar achteraf is dat misschien een beetje naïef geweest."

Waarom zeg je dat?

"Niet omdat ik dat niet in me had, maar wel omdat ik nooit stilstond bij wat het van je vraagt om voor de volle 100 procent voor die megacarrière te gaan. Inmiddels heb ik vier kinderen, ik denk niet dat ik die had kunnen krijgen en opvoeden als ik niet van baan was geswitcht."

En hoe was het om weer een opleiding te doen en ook echt voor de klas te staan?

"Leuk, ik liep stage op de school waar mijn vader werkte en heb netjes mijn bevoegdheid gehaald. En toen ben ik… toch bij V&D gaan werken als inkoper. Ik miste de competitiviteit en de targets, van seizoen naar seizoen leven. Die adrenaline voelde ik niet als docent."

Wat?! Zo'n rigoureus besluit en dan krabbel je terug?

"Ja, en het ergste is: op mijn eerste werkdag bij V&D voelde ik meteen weer waarom ik was weggegaan bij de Bijenkorf. Bij de eerste inkoopafspraak dacht ik steeds: we weten al waar dit gaat eindigen, welke deal eruit komt en wie er aan het langste eind trekt. Ik haalde er geen plezier meer uit. Ik heb mijn werk goed gedaan hoor, maar er was geen voldoening.

Na een maand vroeg ik aan mijn leidinggevende: hoe zit het eigenlijk met die proeftijd? 'Daar hoef jij je geen zorgen over te maken', antwoordde hij nog geruststellend. 'Maar ík wil dit niet meer', zei ik toen. Uiteindelijk hebben we een middenweg gevonden waarbij ik drie dagen bleef werken en de rest van de tijd gebruikte om na te denken en uit te zoeken: wat dan wel?"

Ik kan niet anders dan me afvragen wat je omgeving van deze wispelturigheid vond?

"Mensen noemen mij inderdaad vaak onrustig hierin, maar zelf zie ik het niet zo. Als ik kansen zie, dan ben ik niet bang om daarvoor te gaan. Ik ben ook geen moment bang geweest om zonder werk te zitten en zag het eigenlijk juist als een sterk verhaal tijdens sollicitatiegesprekken. Want mijn ervaring was zo breed, dat kon ik zowel meenemen voor de klas – of in een meer corporate omgeving."

'Ik heb mezelf heel lang aangepraat dat lesgeven tijdelijk is'

"Mijn man en ouders hebben weleens gezegd: wat schiet je toch heen en weer. Wat wil je nou? Maar aan de andere kant vonden ze het ook wel cool en stoer dat ik steeds ergens voor ging."

Kan je inmiddels zeggen: ik heb de juiste keuze gemaakt, ik zit goed?

"Ik heb de juiste keuze gemaakt omdat ik me heb laten leiden door m'n gevoel en vrij heb gehandeld, zonder me bezig te houden met wat de buitenwereld ervan vond. Maar ik vraag me nog steeds vaak af of wat ik nu doe écht is wat ik wil. Ik heb tijdens al mijn zwangerschappen businessideeën zitten uitwerken en mezelf heel lang aangepraat dat lesgeven tijdelijk is, dat ik het niet blijf doen. Maar wat dan wel? Dat weet ik ook niet. En na tien jaar lesgeven kan ik ook niet meer verkopen dat het maar even een side-step is, of dat ik er geen voldoening uithaal."

Wat is het leukste aan lesgeven?

"Dat het om mensen gaat, om jou en om de relatie met je leerlingen. Niet om een goede order of scherpe prijs, maar om een leerling die 'tot morgen' zegt. Als ik uitval, zijn ze in eerste instantie misschien blij dat ze een uur vrij hebben, maar uiteindelijk bouw je samen wat op in zo'n jaar. Je ziet elkaar dagelijks en daarin gaat het niet alleen maar over de lesstof. Op maandag neem ik ook de tijd om stil te staan bij het weekend, of dat ze allemaal de dag ervoor naar voetbal hebben gekeken."

"Onze lessen zijn nu 40 minuten in plaats van 50 vanwege de coronamaatregelen, maar van die 40 minuten kan je prima 10 minuten besteden aan contact met elkaar, dan heb je het overige halfuur extra gemotiveerde kinderen. Dat merkte ik ook weer nadat ik zo was uitgevallen tegen Louise: we zijn er niet alleen maar om de stof op te dreunen en ze te overhoren. We moeten de tijd nemen om onze leerlingen te zien en te horen."

Dan maak je echt een verschil in iemands leven. Ik weet nog precies welke docenten mij vroeger zelfvertrouwen hebben gegeven en daarmee het verschil maakte in hoe ik naar school ging.

"En het mooie van dit vak is, en van mijn collega's: wij staan niet op met die gedachte of dat doel. 'Nou, vandaag zullen we eens even iemands leven veranderen', nee. We hebben soms niet eens in de gaten dat het gebeurt, maar áls het ontstaat, is dat heel mooi. Ik zie lesgeven als iets onvoorwaardelijks, je doet het zonder iets terug te verwachten. Dat is heel anders dan de commerciële wereld waar ik vandaan kwam tien jaar geleden. En hoewel het best even schakelen was, heeft het zich toch uitbetaald."

Lizzy van Hees