Het zalig falen, met Naeeda Aurangzeb

Al weken staat Naeeda Aurangzeb (47) in de schijnwerpers met een boek dat ze liever niet had willen schrijven. In 365 dagen Nederlander pende de journalist 365 droge, soms komische en vaak pijnlijke anekdotes op van hoe het is om als Nederlander van kleur door het leven te gaan in het land van de klompen. Van hoe de bloemist tegen haar praat tot een politicus in Den Haag die, ook na drie keer voorstellen, vergeet wie ze is. Maar zelfs bij haar collega's en vrienden kan ze rekenen op racistische en kortzichtige opmerkingen. Een voorbeeld:
Eindredacteur:
'Je moet als radiopresentator een autonome persoonlijkheid hebben.'
Ik:
'Oké...'
Eindredacteur:
'Jij hebt vanuit je cultuur natuurlijk niet geleerd wat autonomie is. Dat wordt nog lastig voor jou.'
En wie denkt dat het een uitdaging was om 365 van dit soort anekdotes te verzamelen, heeft het mis. Naeeda had er boeken vol mee kunnen schrijven. Alleen al sinds haar boek drie weken geleden verscheen, zijn er weer allerhande opmerkingen bijgekomen.
“ 'Ik kon wel huilen: als dit nog steeds gebeurt, heeft mijn generatie gefaald'
Wat is er dan toch voor nodig om dit te veranderen? Dat is de vraag die een hoop witte journalisten Naeeda de afgelopen weken hebben gesteld. Voor het antwoord op die vraag moeten we niet meer haar kant opkijken, zij probeert al dertig jaar lang bruggen te bouwen. Tevergeefs.
Als ik jouw boek lees, denk ik: Naeeda heeft niet gefaald, maar alle witte mensen die je beschrijft gaan keer op keer de mist in.
"Ja, ik begrijp dat je dat zegt en waardeer het ook. Maar toch voelt het ook als mijn falen. Mijn ouders zijn hier naartoe gekomen als arbeidsmigranten, maar ik ben van de generatie bruggenbouwers. Onbekend maakt onbemind, dus het was aan mijn generatie om de brug te bouwen naar witte Nederlanders. Onszelf te laten zien, zodat er toenadering zou ontstaan. Dat we echt naast elkaar en met begrip en respect voor elkaar zouden gaan samenleven. Daarin heb ik gefaald.
Als ik mijn nichtje hoor die vorig jaar in het ziekenhuis is bevallen, voelt het echt alsof ík haar tekort heb gedaan. 'Tante Naeeda,' vertelde ze naderhand, 'ik lag in het ziekenhuis, maar alle witte artsen die daar rondliepen keken me niet eens aan. Ik lag daar maar te wachten tot ik zou bevallen – en door corona was het ziekenhuis al zo'n onheilspellende en onvoorspelbare plek'. Tot er een zwarte verpleegkundige binnenkwam. Zij was de eerste die mijn nichtje aankeek en haar ook echt zag. 'Ik kon eindelijk weer ademhalen', vertelde ze over dat moment. Toen ik dat hoorde, kon ik wel huilen. Als dit nog steeds gebeurt, dan heeft mijn generatie gefaald. We zijn niet in staat geweest om dit land veilig en gezond te maken voor die nieuwe generatie."
Voelde het altijd echt als jouw taak, om die bruggenbouwer te zijn?
"Ik denk weleens: ik moest het al uitleggen voordat ik kon praten. Omdat je als 'ander', als Nederlander van kleur, altijd overal een antwoord op moet weten. Waarom eten jullie geen varken? Hoezo vier je geen kerst? Waarom drink je wijn, dat mogen jullie toch niet? De generatie van mijn ouders moest de taal nog leren en werd echt nog gezien als de vreemdeling. Als ik niet die vreemdeling wil zijn, moet ik duidelijk maken wie ik ben. Verantwoording afleggen. Uitleggen waar ik voor sta."
LEES OOK
"Die verantwoordelijkheid voelde ik al toen ik 16 jaar was. Toen ging de eerste islamitische basisschool open in Rotterdam en ik ben daar als toen als vrijwilliger Nederlandse boekjes gaan voorlezen. Omdat ik doorhad: hier moet ik iets aan bijdragen."
Maar als je al dertig jaar je best doet hiervoor, waarom voelt het dan als jouw falen?
"Ja, ik ben eindeloos veel kerken langsgegaan, heb bij tientallen overlegorganen gezeten. Ben tot het niveau gegaan van praten met ministers, dus inderdaad: daar heeft het niet aan gelegen. Maar als je dan even hoopt dat al deze effort zin heeft gehad, en je hoort een 19-jarig meisje vertellen dat haar beste vriendin zei: 'Mijn familie haat zwarte mensen, maar jou niet hoor'. Ja, dan reken ik dat toch ook echt mezelf aan. Het is ook te groot voor mij om alleen te veranderen, en dus ook te groot geweest voor mijn generatie. Maar ik kan niet helpen dat als ik vandaag in de spiegel kijk, dat ik me dan afvraag: was onze toon niet hard genoeg? Hadden we harder met onze vuist op tafel moeten slaan? Ik ben gaandeweg mijn armbanden af gaan doen, om me te conformeren, maar had ik er dan juist meer om moeten doen?"
“ 'Misschien weet jij wel beter, maar dit soort vormen van racisme zitten vaak diepgeworteld'
"Die henna op je handen lijkt op poep, werd er weleens tegen me gezegd. Had ik dan niet juist dag en nacht henna moeten dragen? Over dertig jaar zijn er misschien sociologen of historici die terugkijken en kunnen zien wat mijn generatie goed heeft gedaan en wat we hebben laten liggen. Maar als naar de jonge generatie kijk, vrees ik dat de afstand alleen maar groter wordt. De discriminatie alleen maar erger."
Waaraan zie je dat?
"Door de gesprekken die ik voer met een jongere generatie, die ook in de journalistiek werkt. Of in de zorg. Want als je denkt dat het alleen in Hilversum gebeurt, heb je het mis. Er staan mensen in de rij voor een vaccinatie die hardop zeggen dat ze niet door 'een hoofddoekje' geprikt willen worden. Of in een ziekenhuis zeggen de kinderen van een patiënt dat hun vader niet verpleegd mag worden door 'een zwarte'. Dat gebeurt nu, vandaag de dag, nog steeds."
"Mijn broertje is bijna twintig jaar jonger dan ik, en hij gaat trouwen en heeft net zijn eerste huis met zijn verloofde. Als zij via de mail reageerden op een woning, kregen ze niet eens een reactie. Dan stonden hun achternamen en gegevens er natuurlijk bij. Maar als hij opbelt, en niet alle gegevens hoeft over te dragen, roept de makelaar: kom maar hoor, er zijn huizen die aan jouw criteria voldoen. En uiteindelijk hebben ze mazzel gehad dat er een Indiase jongen op het makelaarskantoor werkte, die de achternaam van mijn broer herkende en vroeg of hij toevallig Pakistaanse roots had."
Misschien was ik mijn handen onterecht in onschuld, maar hoewel ik zelf weinig dacht te herkennen van het gedrag en de opmerkingen die mensen tegen jou maken, heb ik het wel vaak genoeg bij familie gezien. Ik denk dan ook vaak: dat is de generatie. Ze weten niet beter.
"Het gevaarlijke van wat jij beschrijft is dat je het in de verleden tijd plaatst. Zo van: dat was vroeger, maar nu weten we beter. En misschien weet jij wel beter, maar dit soort vormen van racisme zitten vaak heel diepgeworteld, soms niet eens bewust. In de meeste gevallen nemen we die denkpatronen over van onze ouders zonder daar überhaupt erg in te hebben. En laten we wel wezen: er zijn niet of nauwelijks gezinnen waar hardop wordt gezegd: wij haten joden. Maar wat wél wordt gezegd is: het moet nou eens afgelopen zijn met dat gezeur over die Tweede Wereldoorlog. Zo'n opmerking lijkt misschien onschuldig, maar daarmee zet je de ervaring van anderen buitenspel. Alsof die niet belangrijk zijn. Alsof ze niet belangrijk meer mogen zijn."
“ 'We moeten juist van dat elite-denken af'
"Een van mijn vriendinnen zei over mijn boek dat ze zo trots was en dat het haar zo had geraakt, maar vervolgde toen: 'Maar nu ben je door de pijn heen gegaan en is het klaar, toch?'. Nee, het is niet klaar. Het is geen trauma waar ik therapie voor heb gehad en wat ik nu veilig in een doosje opberg, want het gaat door. Het gebeurt iedere dag. Ik hoorde laatst van iemand van kleur dat ze op de stoep liep en per ongeluk een misstap maakte. Achter haar klonk het meteen: 'In Nederland lopen we recht'. Waarom heeft achtergrond en huidskleur daarmee te maken? Waar komt toch die Nederlandse superioriteit vandaan?"
En het gebeurt dus overal. Niet alleen op de rechtse flank van onze maatschappij.
"Links en rechts heeft er niets mee te maken. Racisme is zichtbaar op alle niveaus en in alle lagen van onze samenleving. We hebben juist veel te hard een scheiding getrokken door te zeggen dat mensen die zo denken of praten allemaal 'tokkies' zijn. Daarmee zet je een hele groep mensen onterecht weg als dommeriken. Maar het zijn echt niet allemaal dommeriken. Geert Wilders is ook geen dommerik. Door er zo over te praten, draag je bij aan polarisatie en maak je jezelf schuldig aan discriminatie. Het is juist dat elite-denken waar we vanaf moeten. Iedereen die niet in staat is om een ander werkelijk te zien, écht te zien, draagt bij aan onveiligheid. Maakt zich schuldig aan racisme of hokjesdenken."
Ik was van plan om je te vragen wat er dan nodig is om dit probleem wél op te lossen. Voor eens en voor altijd af te rekenen met racisme. Maar die vraag voelt opeens onbenullig.
"Waarom zeg je dat?"
Omdat jij daar al dertig jaar keihard je best voor doet.
"Ja, het is grappig dat je dat zegt, want ik heb de vraag vaker gekregen de afgelopen weken. Alleen van witte journalisten. Maar ik zou zeggen: ik hoef die vraag niet te beantwoorden aan jou. Sterker nog, ik zou jouw antwoord wel willen weten. Zoals je zegt, ben ik me hier al jaren bewust van, ik denk erover na, probeer mijn steentje bij te dragen en mezelf constant te bevragen. Wat kan ik anders doen? Waar ligt mijn verantwoordelijkheid? Ik zou tegen jou willen zeggen: doe je huiswerk. Durf jezelf te bevragen. De oplossing vinden we alleen samen, en jullie zijn aan zet."
LEES OOK
"Maar het is niet alleen slecht nieuws, in de afgelopen weken heb ik ook veel hoopgevende dingen gehoord. Ik had een heel leuk interview met Zihni Özdil, die zich ook heeft bevrijd van het hokjesdenken binnen GroenLinks. En Natasja Gibbs zei tijdens de boekpresentatie: 'We hebben allemaal labels gehad, zwarte met een dun huidje, onrustzaaier, overgevoelig, maar jij hebt die nu van ons afgerukt'. Dat geeft kracht. Ook de mensen die moesten huilen bij het boek geven me kracht. Het lucht op, want het is alsof we eindelijk tegen elkaar zeggen: ja, hier mag je je rot over voelen."
Je zet me aan het denken, en ik geloof dat het inderdaad tijd wordt dat ik mezelf ga bevragen. Want hoewel die 365 er overweldigend veel zijn, denk ik dat je er nog veel meer had kunnen opschrijven. Ook van mensen zoals ik.
"Dit was inderdaad het topje van de ijsberg. Als de uitgever er eentje uit wilde halen omdat-ie te veel op een andere leek, stuurde ik binnen 10 minuten een andere naar ze. Daar stonden zij ook wel van te kijken.
En over je huiswerk: als vrouw heb jij jezelf waarschijnlijk ook al meer dan eens bevraagd. Het zijn toch vooral witte mannen die de dans lijken te ontspringen. Veel vrouwen hebben ook genoeg van dit soort anekdotes meegemaakt, daarom wordt dat mijn volgende boek. 365 dagen vrouw."
Het boek 365 dagen Nederlander is te koop bij lokale en niet-lokale boekhandels.