Show me the money

Veel succesvolle tech-ondernemers 'veroveren' de rijkenlijstjes. Van de tien rijkste mensen ter wereld hebben maar liefst zes hun geld verdient met het starten van een tech-bedrijf. Niet echt nieuws, want daar lezen we vaak genoeg over. Maar wat je veel minder vaak hoort of leest, is dat ook de eerste werknemers van die bedrijven regelmatig miljonair worden. Dat heeft alleen vaak niets te maken met het salaris dat ze maandelijks op hun rekening krijgen…

Wanneer je een bedrijf start heb je de allerbeste mensen nodig om dat bedrijf succesvol te maken, tegelijkertijd heb je meestal niet de beste papieren om die mensen ook aan je te binden. Je kunt vaak minder salaris betalen omdat je het geld simpelweg (nog) niet hebt, daarnaast is het bij een start-up zelden 9-tot-5. Met minder mensen moet je concurreren met veel grotere bedrijven mét diepere zakken. Dingen slimmer en anders doen – maar ook gewoon keihard werken – maken dan vaak het verschil. Zelfs dan is succes niet gegarandeerd, want 90 procent van de start-ups redt het uiteindelijk niet.

Dus: keihard werken voor minder geld, in een ongestructureerde omgeving, grote kans op falen. Niet iedereen heeft daar zin in. Maar je kunt het ook zien als de kans van je leven. Onderdeel uitmaken van een extreem gedreven team en samen iets nieuws bouwen. Alles zelf kunnen bedenken, de wereld veranderen én veroveren. Kleine kans op succes? Dat zullen we nog weleens zien, bring it on! Dit zijn precies de mensen waar start-up ondernemers naar op zoek zijn. Om deze groep, die het avontuur wél aandurft en die gelooft in hun grote visie, te belonen, geven ze vaak aandelen in het bedrijf. Zo worden werknemers ook een beetje eigenaar en delen ze in het succes. Als dat er komt.

In Amerika zijn aandelen of opties een standaardonderdeel van het beloningspakket van werknemers bij start-ups. Hoeveel aandelen je krijgt, hangt vaak af van je rol en wanneer je begint. Hoe eerder, hoe groter het risico en dus hoe meer aandelen. De eerste werknemers van o.a. Google, AirBNB, Amazon en Slack zijn er allemaal miljonair mee geworden. Het mooie is dat deze mensen vaak of zelf een bedrijf starten of gaan investeren in andere tech-bedrijven en zo het ecosysteem weer verder versterken. De 'PayPal-maffia' is hier een mooi voorbeeld van: Elon Musk startte Tesla en SpaceX, Chad Hurley en Steve Chen zijn de oprichters van YouTube, Reid Hoffman richtte LinkedIn op en zo zijn er nog zeker vijftien mensen die na PayPal op een andere manier naam gemaakt hebben in technologie.

In Europa en Nederland geven oprichters minder vaak aandelen of opties weg en als ze die geven dan ook veel minder dan hun Amerikaanse collega's. In Amerika krijgen werknemers rond de 18 tot 20 procent van het bedrijf, in Nederland is dat maar rond de 5 tot 6 procent. Die aandelen zijn hier meestal alleen voor het seniormanagement, terwijl in Amerika álle werknemers iets krijgen. Het belastingregime aan deze kant van de oceaan speelt daarin zeker een rol, maar onze cultuur ook. Ondernemers blijken hier minder goed te zijn in delen, en bij werknemers is er minder over bekend, dus die vragen er ook niet altijd om of ze zetten toch liever in op een hoger salaris.

Voor vrouwen is het nog iets minder gunstig, want naast de loonkloof en de funding gap, bestaat er ook een equity gap en grijpen veel vrouwen hier mis. Uit onderzoek naar meer dan 10.000 bedrijven blijkt dat vier van de vijf werknemers die aandelen kregen en daar miljonair mee werden man is. En waar een derde van de werknemers bij deze bedrijven uit vrouwen bestaat, kregen vrouwen slechts 20 procent van de aandelen. Voor iedere 49 cent in stock opties voor vrouwen krijgen mannen 1 dollar. Dus, in plaats van afwachten tot je krijgt waar je recht op hebt, is het belangrijk om zélf in actie te komen. Verdiep je in het onderwerp, zoek uit hoeveel je waard bent en vráág erom. Ter inspiratie kun je misschien even deze beroemde scène uit Jerry Maguire kijken. Show me the money!