Het vrouwenlichaam als eeuwige proeftuin van moralistische ideeën

Ik heb het de laatste dagen weer zo vaak gehoord. Na de Derksen-rel. Mannen, stel je voor dat het je dochter was. Je moeder. Je zus. Je vrouw. Je vriendin. Met zo'n kaars. Je moet er toch niet aan denken. Na het nieuws uit de VS over de aanval op abortuswetten. Mannen, stel je voor dat het je dochter was. Je moeder. Je zus. Je vrouw. Je vriendin. Ongewild zwanger. Wanhopig. Je moet er toch niet aan denken. She is someone's daughter, she is someone's sister, someone's wife. En het klinkt mooi, dat moet gezegd. Maar het heeft natuurlijk vooral iets droevigs. Dat we in 2022 nog altijd de relatie van een vrouw tot een man moeten aanstippen om het besef te laten indalen dat haar leed, haar waardigheid, haar autonomie ertoe doet. Dat ze een mens is, een persoon op zichzelf, dat is blijkbaar niet genoeg.
Het spijt me. Ik wilde graag een luchtig verhaaltje tikken, maar het zit weer eens niet mee. In een bijna constante stroom van ellende en oorlogsleed, kwam deze week het nieuws dat in de Verenigde Staten het federale recht op abortus op de tocht is gezet. Een schok, maar geen verrassing. Voorvechters voor vrouwenrechten waarschuwen al langer voor de aanval op abortusrechten door conservatieve krachten wereldwijd. In 2020 ondertekende de Verenigde Staten onder Trump de Anti-abortion Declaration, samen met 32 andere landen. Warempel, ook in Nederland staat abortus weer als 'controversiële issue' op de agenda. En nu is het doemscenario dat lang is weggewuifd als hysterie dan toch reëel gebleken: in een land dat zich 'leader of the free world' noemt, zou de klok voor vrouwen zomaar vijftig jaar terug kunnen worden gezet.
“ Het is een gevoel dat zich ergens rond je middenrif nestelt
Het nieuws kwam krap een week nadat Johan Derksen met zijn 'kroegpraat' over het vernederen van een bewusteloze vrouw dagenlang het nieuws had beheerst. Je kunt zeggen: wat hebben die dingen nu met elkaar te maken? Maar iedere vrouw die bij het aanhoren van het 'kaarsverhaal' die ellendige mengeling van droefheid, woede en onmacht heeft gevoeld, voelt dat bij het abortusnieuws nu hoogstwaarschijnlijk weer. Het is een gevoel dat zich ergens rond je middenrif nestelt en dat zowel misselijk als benauwd maakt. Het gevoel dat voortkomt uit het besef dat jouw lichaam, een vrouwenlichaam, in de ogen van sommigen blijkbaar vooral een object is. Iets is waar je over kunt praten alsof het een ding is. Iets waarover je kunt beschikken.
Een lichaam waar je volgens goedlachse mannen iets 'in' kunt stoppen aan het einde van een dronken avond. Een lichaam dat je volgens een man, die vier jaar misschien wel de machtigste van de wereld was, gewoon bij de pussy moet grabben. Een lichaam dat je volgens de Republikeinse politicus Jose Oliva vooral als een 'host body' moet zien voor ongeboren leven. Een lichaam dat je niet hoeft te respecteren om er beslag op te kunnen leggen. Een lichaam waar je niet eens wezenlijk in geïnteresseerd hoeft te zijn of zelfs maar iets vanaf hoeft te weten om het regels op te leggen, wetten voor te schrijven.
“ Een concept waar je filosofieën, machtsfantasieën, wetten en oordelen aan kan ophangen
Zoals het wetsvoorstel in Ohio dat artsen wil verbieden levensgevaarlijke buitenbaarmoederlijke zwangerschappen af te breken en hen wil verplichten om de vrucht in de baarmoeder 'te plaatsen', wat medisch gezien onmogelijk is. Of het in meerdere Amerikaanse staten ingevoerde verbod op abortus na de 'grens' van zes weken, een moment waarop vrouwen vaak simpelweg nog niet weten dat ze zwanger zijn. Zie daar, het vrouwenlichaam als eeuwige proeftuin van moralistische ideeën. Een concept waar je filosofieën, machtsfantasieën, wetten en oordelen aan kan ophangen die volkomen voorbij gaan aan het belang, de rechten, de waardigheid en de geleefde werkelijkheid van de persoon die aan dat lichaam vast zit.
Er zijn mensen die zich hardop afvragen waarom vrouwen toch meteen zo heftig moeten reageren als het op thema’s als seksueel grensoverschrijdend gedrag en abortus aankomt. Waarom winden ze zich er altijd zo zichtbaar over op? Op sociale media, aan talkshowtafels. Waarom kunnen zij er niet gewoon rustig een beetje filosofisch over discussiëren, zoals de mannen aan diezelfde tafels dat doen? Gewoon een robbertje debatteren. Het onderwerp eens van de ene kant bekijken. En dan eens van de andere kant. Een beetje schermen met wat extreme hypothetische voorbeelden, wat prikkelende stellingen, een stropop hier en daar. Soms invoelend, soms lekker een tikje provocerend, maar altijd luchtig en beheerst. Heel anders dan die hyper-geëngageerde vrouwen, met hun eigen ervaringen, vlammende betogen en drammerige belangen. Met hun gloeiende wangen, fonkelende ogen, overslaande stem. Zo emotioneel als zij in dit soort discussies zitten. Djiez.
Je zou bijna denken dat er voor hen werkelijk iets op het spel staat.