Close

Tip: drink niet per ongeluk alcohol voor de klas

22 september 2022 12:09 / Floor Bakhuys Roozeboom
Columnist background Columnist image
F Floor Bakhuys Roozeboom (38) is schrijver en journalist. Ze woont in Haarlem met haar vriend en twee kleine kinderen. Hier deelt ze haar verwonderingen over de belangrijke (en minder belangrijke) zaken des levens.

Het was rond 15.15 uur, vrijdagmiddag, toen ik begon te voelen dat er iets niet in de haak was. Ik stond les te geven, aan een groep van zo'n twaalf volwassen studenten, die ik de fijne kneepjes van het schrijversvak mocht bijbrengen. Ik was er zenuwachtig voor geweest, o ja. Want schrijven doe ik al zo'n tien jaar, vrijwel iedere dag. Maar lesgeven, dat had ik nog nooit gedaan.

Het was niet zozeer het voor de klas staan dat me angst inboezemde, maar vooral het idee dat mijn les ondertussen ook online te volgen zou zijn. Hybride-onderwijs noem je dat dan. Fantastisch natuurlijk. Helemaal van nu. Helemaal het nieuwe normaal. De livestream zij geprezen. Maar het confronteerde mij ook onverbiddelijk met het feit dat ik als geriatric millennial nog vaak tot de jeugd wordt gerekend, maar in feite alweer jaren hopeloos achter de tijdsgeest aanhobbel. En: dat ik als solitaire zolderkamerschrijver zelden in online meetings hoef te zitten, ze zeker niet hoef te organiseren en ze al helemáál nooit in goede banen hoef te leiden.

Maar nu moest ik dat dus allemaal wel: de mensen die voor mijn neus zaten geboeid houden, de mensen die thuis meededen geboeid houden, vragen beantwoorden, samen oefeningen doen en die bespreken en ondertussen hopen en bidden dat de techniek me niet in de steek liet. Ik vond het nogal wat. En als ik dingen nogal wat vind, dan laat ik het liefst zo weinig mogelijk aan het toeval over. Grip houden is alles, zeker zo'n eerste keer.

Ik nipte tevreden aan mijn tweede blikje licht bittere grapefruit-limo

En dus was ik al twee uur voor aanvang op locatie. Had ik de techniek tot in den treure gecheckt en mijn verhaal meermaals geoefend en getimed. Niet teveel gegeten, want een lege maag houdt je scherp. Op mijn bureau een pen, een aantekenblok, een flesje water en nog twee blikjes hippe limonade uit de hippe rode Smeg-ijskast in het hippe klaslokaal. Goed hydrateren. Fris blijven. Overzicht houden. Koppie erbij. Dan kon er niets misgaan.

Dat ging er eerst ook niet. Het ging eigenlijk best goed. Ik zei dingen. De studenten leerden dingen. Ik gaf ze oefeningen die zij zowaar ijverig gingen maken. En terwijl de studenten druk aan het pennen waren, nipte ik tevreden aan mijn tweede blikje licht bittere grapefruit-limo en voelde me trots. Er was niets fout gegaan. Ik had niets geks gedaan. Ik was niet de kneuzige ouwe lul geweest. Zie me hier staan: alles onder controle. En zo gleden de zenuwen langzaam van me af.

Maar er gleed gek genoeg ook iets over me heen. Een diep gevoel van welbehagen dat ik niet helemaal kon plaatsen. Een gevoel dat de ruimte, de mensen, de interacties, ja de hele ervaring, in een warmer licht zette. Een soort wollige, gouden gloed die alles omhulde. Alsof er door een denkbeeldig raam recht boven mij een zonnestraal op ons klasje scheen. Het gevoel was niet onaangenaam, maar wel opvallend. Moeilijk te plaatsen, maar ook vertrouwd. Wat was dit nou? Waar kénde ik dit gevoel toch van? Het voelde een beetje zoals…

Het mysterie van het warme, wollige gevoel was opgelost

En terwijl ik een voorzichtig vermoeden voelde opborrelen vanuit het troebele grondwater van mijn onderbewuste, liet ik mijn ogen afdalen naar het wit-roze blikje in mijn handen. STËLZ Hard Seltzer Grapefruit. Alcohol infused sparkling water with a hint of grapefruit. No sugar. 63 calories. Natural flavouring. Alc. vol. 4,5 %. Yep. Het mysterie van het warme, wollige gevoel was opgelost. Het was vrijdagmiddag 15.15 uur, mijn studenten waren halverwege hun tweede oefening en ik stond aangeschoten voor de klas.

Excellent.

Op zo'n moment kun je een paar dingen doen. Ter plekke verkruimelen. Vluchten. Ontkennen. Of accepteren. Ik besloot de angel er meteen maar uit te halen.

"Wisten jullie dat hier alcohol in zit?", sprak ik tot de klas, terwijl ik naar het blikje wees.

Jazeker, dat wisten ze. Een paar van hen hadden zich dan ook al stilletjes afgevraagd of de juf de geplande naborrel alvast in haar eentje begonnen was.

"Dat is Stëlz", legde een van hen geduldig uit. "Daarmee kun je dronken worden zonder de calorieën."

En zo waren mijn studenten die middag niet de enigen die er iets van opstaken.

Het bleek uiteindelijk geen ramp. We lachten erom. De les kwam los. De organisatie kwam chips en hapjes brengen.

Die middag ging ik naar huis met rode wangen, een vol hoofd en een verhaal waarin ik tóch nog de kneuzige ouwe lul was geweest. Gelukkig was de vrijdagmiddagborrel voor mij al begonnen.

LEES MEER OVER