Close

'Hey meissie'

25 april 2023 01:04 / Malou Holshuijsen
Columnist background Columnist image
M Malou Holshuijsen (36) is schrijver, journalist en podcastmaker. Op deze plek geeft ze ons om de week een kijkje in haar leefwereld. Van de lusten van een latrelatie tot de lasten van alledaags seksisme.

Op zondag is de bloemenwinkel in het ziekenhuis gesloten. Dat wisten we niet. Beteuterd staat hij voor het grijze rolluik. "Het is niet erg opa, dat je er bent is genoeg", zeg ik. Hij kijkt nog een keer om zich heen. "Een ballon dan. Die hebben ze hier ook, toch?" Het is overduidelijk dat hij niet van plan is met lege handen aan te komen. 

Ik knik. 

Een ballon, waarom niet? 

Ik heb hier in het verleden veel ballonnen gekocht. Voor mijn vader die dacht te kunnen schaatsen als Erben Wennemars en zijn sleutelbeen brak: een ballon met een lachend gezichtje. Voor het broertje dat zijn mond niet dichthield toen hij van de glijbaan gleed en eenmaal beneden zijn eigen tong afbeet: een grote ballon met helium erin. Voor hetzelfde broertje dat met een schaar in zijn hand door de klas rende, struikelde en zichzelf een hazenlip cadeau deed: een kleine ballon op een stokje. (We bleven niet aan de gang.)

Ook de ballonnenkraam is dicht op zondag. "Dooie boel", zegt mijn opa. "Dat is geloof ik niet de bedoeling", grap ik. We lachen en hij trekt een sprintje naar de lift. Dat doet hij de laatste tijd wel vaker, sprintjes trekken. Hoe wankeler hij wordt, hoe harder hij naar kassa’s, deuren en liften loopt. "Morgen koop ik vooraf bloemen", zegt hij en drukt op het knopje van de lift. Oma ligt op de tweede verdieping. 

Het is hartverscheurend en soms moeten we er om lachen

Ze heeft een longontsteking en alzheimer, al vindt zij van niet. Mijn oma zegt dat niet zij, maar mijn opa alzheimer heeft, aangezien hij haar tegenwoordig niks meer vertelt. Dat doet hij natuurlijk wel, herhaaldelijk zelfs, alleen kan zij het zich niet meer herinneren. Het is hartverscheurend en soms moeten we er om lachen. Als ze zegt dat mijn opa niet spoort en we hem in de gaten moeten houden, terwijl we zojuist van de zuster hebben gehoord dat oma vannacht ieder ziekenhuisbed op de afdeling heeft uitgeprobeerd. Ook de bezette bedden. 

"Hey meissie", zegt mijn opa wanneer we haar kamer binnenlopen. Mijn oma begroet ons zoals ze altijd mensen begroet. "Heyyyyyy." Met een hele lange 'i' op het einde. "Ben jij ook van hier", vraagt ze als ik ga zitten. "Ik ben bij jou op bezoek. Je hebt een longontsteking", leg ik haar uit.

Lachend wijst ze naar mijn opa. 

"Hij?"

Ik schud mijn hoofd. "Nee, jij."

Op gele anti-slip sokken stapt ze met een vlotte pas door de gangen van het ziekenhuis

Op haar arm zit een blauwe plek van het infuus dat ze er vannacht uittrok. Over pillen fluistert ze dat je tegenwoordig niet meer weet wat voor troep ze er allemaal instoppen. "Ik heb het even gecontroleerd, want je hebt helemaal gelijk, maar deze zijn te vertrouwen", zeg ik. "O? Nou, geniet er maar van", zegt ze grijnzend en herhaalt deze zin een stuk of acht keer. Geniet er maar van. 

Dan staat ze op en vraagt waar haar schoenen zijn. Ik probeer mijn oma duidelijk te maken dat ze beter in bed kan blijven liggen, maar het heeft weinig zin. Ze moet en zal naar huis. Even later loop ik achter haar aan. Op gele anti-slip sokken stapt ze met een vlotte pas door de gangen van het ziekenhuis. Wanneer we een volledig rondje over de afdeling hebben gewandeld, zij in de veronderstelling dat we nog steeds op weg naar de uitgang zijn, staan we weer voor haar kamerdeur. 

"Ik wil naar huis", zegt ze.

"Dat kan niet oma", zeg ik.

"Heb je mij aan dit ziekenhuis verkocht?"

Ik moet lachen. 

Zij ook.

"Nee", antwoord ik. 

"Wat?"

"Kom we gaan naar huis", zeg ik en loop voor haar uit de ziekenhuiskamer in. Mijn opa zit nog steeds aan het bed. "Hey meissie", zegt hij weer waarna ze hem herkent en er weer inkruipt. Ze pakt zijn hand en die van mij. "Morgen neem ik bloemen voor je mee", zegt mijn opa. Dan valt zijn meissie en mijn oma mompelend in slaap. 

Diepe zuchten met zo nu en dan die ene zin. 

"Ik wil naar huis", zegt ze.

Ik wil naar huis, slaapt ze. 

Malou is schrijver, journalist en programmamaker. Een jaar geleden verscheen haar debuutroman ‘Zachtop lachen’, daarnaast presenteert ze de podcast ‘Dit komt nooit meer goed’ met Roos Schlikker, en de podcast ‘Tussen dertig en doodgaan’, samen met Tatjana Almuli.


Instagram: @malouholshuijsen

 

Malou Holshuijsen