Ik ben bij mijn geweldige gynaecoloog E. voor een echo, maar zij heeft supervisie, oftewel babydienst, dus staat ze op de afdeling waar vrouwen op dat moment liggen te bevallen. Haar collega neemt waar en we maken voor het eerst kennis. "Gefeliciteerd! Geweldig nieuws!", zegt ze monter en in één adem door: "Wat een belachelijke toestand, die mensen met een mening over je zwangerschap. We waren verbolgen! Wat denken ze wel niet? Wat wéten ze er nou van!?" Ik lach haar tegemoet, want ja... wat moet je ervan zeggen? Ik denk aan een uitspraak van mijn grootvader, geboren in Moravië in 1903, die altijd zei: als iemand dom is, dan is dat meestal voor een heel lange tijd.
De nieuwe dokter en ik klagen goedgemutst over en weer en leren elkaar makkelijk kennen. Ik trek geroutineerd mijn broek en onderbroek uit om alvast in de stoel plaats te nemen als ze lachend zegt: "Uhm... we kunnen de echo vanaf nu gewoon via je buik doen, dus je mag je broek aanhouden." Al die jaren met spoed omkleden vlak voor een live uitzending hebben van mij een soepele circusartiest gemaakt, dus de broek gaat net zo makkelijk en lachend weer aan.
Ik vertel de dokter dat ik even heb overwogen om mijn hele verhaal op papier te zetten om die paar gênante meningen recht te zetten. Gewoon, een klein overzichtje van feiten zodat iedereen zou beseffen hoe absurd het is dat een stel boomers zonder enige kennis van zaken zich bemoeien met wat er in mijn baarmoeder gebeurt, en waarom.
Nu lacht de dokter mij weer tegemoet: "Dat kun je doen...", zegt ze bedachtzaam. "Maar misschien zijn er andere dingen die belangrijker zijn voor jou om te doen. Misschien is dat gewoon niet jouw strijd."
Op het moment dat ze dat zegt, voelt het alsof ik een muffe, oude jas uitdoe. Alsof iemand naar me toe is gekomen om te zeggen: kom, laat mij die lekker voor je ophangen! En plotseling is die hele muffe jas weg, en voel ik me 5 kilo lichter. Ik heb andere dingen te doen. Zát andere dingen.
Ik laat haar woorden goed op me inwerken. Na de feestelijke echo, in de middag op weg naar mijn werk. Achter mijn bureau, en als ik opgemaakt word vlak voor de uitzending, maar ook die nacht in bed. Het effect is uren later exact hetzelfde: bevrijding. Ik beloof mezelf voortaan te vragen: is dit mijn strijd? Is dit het beste wat ik nu met mijn krachten kan doen? En ik realiseer me weer: als je goed luistert, liggen er overal parels voor het oprapen. Je moet ze alleen willen horen.
Mijn boek Droom Groot staat vol met dit soort parels die ik heb opgetekend uit de mond van mijn voorbeelden zoals Angela Maas, Robin de Puy, Nhung Dam, Wende Snijders, Carry Knoops, mijn eigen moeder Radana en nog veel meer.
Ik vind het fantastisch om over mijn voorbeelden te praten, en vooral om jullie vragen te beantwoorden. Dat kan op 28 maart in De Duif, in Amsterdam.
Hopelijk tot de 28e! En voor nu: wat is jouw strijd, en wat ook echt niet?
Liefs, Eva
Comments
No posts