Als je mij op televisie ziet, ben ik altijd nét door een wasstraat gehaald. Mijn haar nog warm van de föhn, lippen beschilderd, net als mijn huid en m'n ogen et voilà: Eva Jinek de talkshowhost is geboren. Iedere doordeweekse avond weer, een klein wondertje in die smoezelige nepleren stoel in mijn kleedkamer.
Maar nu is het woensdag, vroeg in de middag, het regent. Ik zit in de auto en ik ben te laat. Mijn magische wasstraat en ik zijn nog uren van elkaar verwijderd. Ik voel mijn telefoon voor de derde keer vibreren in m'n broekzak en ik neem weer niet op, want ik realiseer me dat ik nooit genoeg benzine heb om van huis naar werk te rijden. Ik maak rechtsomkeert, richting het pompje aan de rand van het dorp. Er zit geen filter in m'n hoofd, geen ordening of prioritering qua gedachten: ik denk aan de keukenrollen die ik moet kopen, dat ik een tweede boek moet afschrijven, dat ik vergeten ben de katten een ontwormingspilletje te geven. Mijn telefoon trilt nog een keer. Jaaaahaaaa, zeg ik hardop, zometeen! Ik moet eerst tanken, dat snap je toch?! Ja, nu ben ik weer zo'n ontspoorde koekie die tegen zichzelf schreeuwt in de auto. Whatever.
Uiteindelijk neem ik toch de telefoon op; het is de eindredacteur van mijn programma, binnen één seconde zitten we diep in overleg over de uitzending van die avond, terwijl ik het terrein van het benzinestation oprij. Voor me staan al twee auto's te wachten bij de pomp. Een golf van zelfhaat spoelt over me heen. Waarom kan ik nooit die vrouw zijn die gewoon benzine in haar auto heeft als ze moet rijden? Waarom ben ik altijd gehaast en klam, half samengeraapt, half aangekleed, aan het hollen? In plaats van gewoon ergens waar ik moet zijn op het juiste moment?
Er stapt een man uit de auto voor mij. Ik herken hem direct, het is de comedian Najib Amhali, mijn dorpsgenoot. Eeuwig enthousiast en geestig en altijd bereid om heel veel te leveren aan de talkshowtafel. Een tijdje geleden was hij nog te gast, met een indrukwekkend verhaal over zijn overwonnen verslaving en de kliniek die hij zelf had opgericht.
Door mijn verregende ruit zwaai ik heel enthousiast naar hem. Najib zwaait terug, maar… net iets minder wild dan ik. De blik in zijn ogen is licht meewarig… O jezus, hij herkent me niet! Nu ben ik zo'n ontspoorde koekie die contact probeert te leggen met een BN'er bij een benzinestation.
Ik kijk in de achteruitkijkspiegel, want ik wil weten wat hij ziet. Mijn haar is nog nat van de douche en hangt slap langs mijn gezicht, mijn onopgemaakte gezicht is doorzichtig wit. Mijn ogen kun je niet zien want ik draag mijn favoriete Lee Towers-bril, met licht getinte glazen, terwijl het buiten regent. Arme Najib, denk ik. Ik zak diep weg in mijn stoel, maar de realiteit is: ik kan geen kant op. Het lijkt wel een eeuwigheid dat hij daar aan de pomp staat, inmiddels met z'n rug naar me toe. Ik krijg het warm en begin met extra veel handgebaren te bellen. Als hij zich weer omdraait, zal hij zien dat ik een normaal mens ben dat... Ja wat eigenlijk?
Een golf van zelfliefde overspoelt me. Natuurlijk ben ik een idioot, maar ik weet nu al hoeveel lol ik mezelf bezorg als ik dit verhaal ga navertellen.
Ik hoop dat je een heerlijke zondag hebt, dat jij ook kan nagenieten van je eigen kansloze acties.
En: sorry Najib!! Ik was het maar!!
Liefs, Eva
p.s. Dit is precies hoe ik er NIET uitzag woensdag.
Discussion about this post
No posts